Treinkapingen
Op dinsdagochtend 2 december 1975 werd om 10:07 de stoptrein Groningen-Zwolle tot stilstand gebracht tussen de weilanden bij Wijster. Zeven Zuid-Molukse jongeren uit Bovensmilde kaapten de trein in hun streven naar een vrije Republiek der Zuid-Molukken. Het is de eerste treinkaping ter wereld. De kapers gijzelden passagiers en treinpersoneel – drie van hen werden geëxecuteerd. Na twaalf dagen gaven de gijzelnemers zich over. De zeven werden allen beschuldigd van moord en veroordeeld tot veertien jaar gevangenisstraf. Tegelijk met de kaping bezette een andere groep Molukkers het Indonesische consulaat in Amsterdam.

Op 23 mei 1977 volgde een tweede treinkaping. Dit keer stopten negen jonge Molukkers de intercity tussen Assen en Groningen bij het Drentse dorp De Punt. Enkele tientallen inzittenden werden gegijzeld. Tegelijkertijd namen vier andere Molukkers honderdvijf kinderen en vijf onderwijzers op een lagere school in Bovensmilde in gijzeling. De treinkaping bij de Punt eindigde nog gewelddadiger dan de eerste. Na twintig dagen greep de marine in. Bij de bestorming kwamen twee gegijzelden en zes kapers om het leven.
Een eigen land
De aanleiding voor deze kapingen is erg complex en heeft zijn oorsprong in de moeizame relatie tussen Ne-derland en Indonesië, waar de Molukken een onderdeel van zijn. Nederlands-Indië, het huidige Indonesië, was van de 17e eeuw tot aan de Tweede Wereldoorlog een kolonie van Nederland. Na de overheersing van Japan over Nederlands-Indië tijdens de Tweede Wereldoorlog, wilde Nederland haar heerschappij over het gebied herstellen. De inheemse Indonesiërs kwamen daar onder leiding van president Soekarno tussen 1945 en 1949 tegen in opstand. De Nederlandse regering gaf het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) opdracht de opstand te stoppen. De Molukse militairen die voor het KNIL waren geronseld, waren een gevreesd elitekorps.

Nadat de Nederlandse regering internationaal geen steun kreeg bij haar pogingen de kolonie te behouden, was de rol van Nederland uitgespeeld. Op 17 augustus 1950 hief president Soekarno de Verenigde Staten van Indonesië (Republik Indonesia Serikat; RIS) op en verving deze door de gecentraliseerde Republiek Indonesië. Dit was voor de Zuid-Molukkers, die een onafhankelijke staat nastreefden, onaanvaardbaar. In reactie riepen zij, onder leiding van Christiaan Robbert Steven Soumokil de onafhankelijke Republiek van de Zuid-Molukken uit. Het Indonesische leger sloeg terug en een guerrillaoorlog volgde. Nederland deed de oorlog af als een opstand van rebellen. Opeens zaten de Molukse militairen in een benarde positie.

In 1951 haalde het Nederlandse rijk vierduizend Molukse KNIL'ers met hun gezinnen (in totaal ongeveer 12.500 personen) voor een tijdelijk verblijf naar Nederland, met de belofte dat zij in de toekomst op de Molukken hun eigen staat zouden kunnen stichten. Zij verbleven in kampen, waaronder (voormalig concentratiekamp) Kamp Vught en Schattenberg (voormalig concentratiekamp Westerbork). Met een kleine vergoeding werden ze vervolgens aan hun lot overgelaten.

Radicalisering
Vijfentwintig jaar lang wachtten de Molukkers tevergeefs op de inlossing van de beloften van de Nederlandse regering. Na jarenlang te hebben geprobeerd hun zaak met vreedzame middelen – demonstraties, petities en lobbyen – onder de aandacht te brengen, was voor sommigen jongeren (de tweede generatie) de maat vol. Demonstraties liepen steeds vaker uit op vechtpartijen met de ME. De executie van de Zuid-Molukse president Soumokil door de Indonesische regering vormde in 1966 het startsein van een reeks steeds gewelddadigere acties.

Op 26 juli 1966 werd er brand gesticht bij de Indonesische ambassade in Den Haag. Op 31 augustus 1970 bezette een groep Molukkers de woning van de Indonesische ambassadeur in Wassenaar. In maart 1975 waren er zelfs vergevorderde plannen om koningin Juliana te gijzelen. Met de twee treinkapingen – in 1975 en 1977 – kwam de radicalisering onder de Molukse jongeren tot een gewelddadige ontknoping.
Huidige generatie
De huidige (derde) generatie Zuid-Molukkers zet zich nog steeds in voor het oude ideaal, maar beseft ook dat hun leven in Nederland geworteld is. Ze neemt veel meer deel aan de Nederlandse samenleving. Toch blijft de onrust onder de Molukse gemeenschap aanwezig, zeker als de situatie op de Molukken slecht is. Soms komt het nog tot ongeregeldheden, bijvoorbeeld in oktober 2010, toen de Molukkers in Den Haag samenkwamen om te protesteren tegen de komst van de Indonesische president naar Nederland.

De Molukkers wonen nog altijd grotendeels bij elkaar in woonwijken. Door sommigen wordt dit als een probleem gezien. Zij wijzen op de vechtpartijen die bijvoorbeeld in januari 2010 uitbraken tussen Molukkers en Marokkanen in Culemborg. Anderen zeggen dat juist deze wijkgebondenheid zorgt voor sociale samenhang.
Organisatie
De RMS is de bekendste Molukse organisatie. Deze groep strijdt voor onafhankelijke Molukken en zegt het legitieme bestuur van de eilandengroep te zijn. Andere organisaties staan genoemd op deze pagina van NRC Handelsblad.
Interview
Abé Sahetapy (57) Abé is maatschap­pelijk werker. In 1975 was hij een van de kapers bij Wijster in 1975. Hij werd in 1953 geboren in Woonoord Schatten­berg (voormalig Kamp Westerbork). Zijn strijd voor een onafhankelijke Zuid-Molukse staat resulteerde in zijn deel­name aan de treinkaping bij Wijster in 1975. Net als de andere kapers werd hij veroordeeld tot veertien jaar gevangenisstraf. Uiteindelijk heeft hij ruim negen jaar vastgezeten.
Eigen media
Veel eigen materialen of kranten gaven de Molukkers niet uit. Op Youtube staan wel verschillende compilaties van demonstraties en acties van Molukkers in Nederland, zoals deze.

Op de website Geheugen van Nederland zijn veel foto's en archiefmateriaal te vinden over de Molukkers. Op deze website staan diverse interviews met ooggetuigen van de Molukse geschiedenis.

Ook op de website van het Nationaal Archief kun je veel informatie over de Zuid-Molukkers in Nederland vinden.

Speciaal voor ANGRY heeft fotograaf Stacii Samidin (1978) een fotoserie gemaakt over RMS jongeren die strijden voor de Molukse zaak. Deze fotoserie is tot stand gekomen in het kader van een workshop van Kosmopolis, onder begeleiding van fotograaf Kees Spruijt.
Enkele beelden uit zijn serie zie je hieronder. In de tentoonstelling en op de pagina Workshops op deze website vind je het complete verhaal.

Molukse acties in de media
De twee treinkapingen kwamen uitgebreid in media. De camera's van het Polygoonjournaal legden niet alleen het verloop van de kaping bij Wijster in 1975 en bij De Punt in 1977 vast, maar ook de dramatische afloop ervan.

De aflevering Gebroken Beloften uit de documentaire reeks Dutch Approach gaat over de Molukse gemeenschap in Nederland en de Nederlandse aanpak van de Molukse gewelddadige acties in 1970-1978.

De twee treinkapingen bleken ook voor filmmakers een interessant onderwerp. In 2008 maakte Paula van der Oest voor de VARA de telefilm Wijster, gebaseerd op de gebeurtenissen rondom de treinkaping van 1975. Een jaar later regisseerde Hanro Smitsman voor de EO De Punt gebaseerd op de tweede treinkaping. RTV Noord deed verslag van de opnames van de film. Op de geschiedenis website van de VPRO zijn een aantal programma's te vinden die aandacht besteden aan de geschiedenis van de Molukkers in Nederland en de treinkapingen.